De kunst van het wachten. Horses Magazine

Wachten……. Wedstrijden kenmerken zich over het algemeen in lang wachten tot je aan de beurt bent. Het is maar een korte piek waarin je laat zien wat je kunt, en daarna weer wachten…… Rustmomenten geven ruimte om te denken. Denken over wat er gaat komen en hoe het ging, kan heel nuttig zijn, maar ook heel verstorend. Zeker wanneer zorgelijke gedachten de overhand krijgen, waardoor twijfel ontstaat over de prestatie die je wilt leveren (“Als het maar goed gaat….”). Als wedstrijdruiter moet je weten hoe je de pauzes zinvol besteedt, zodat je jezelf mentaal oplaadt, in plaats van afbreekt. Ik wil je meenemen in deze mentale voorbereiding door een uitleg over de hersenen van de ruiter.
Je hebt een emotioneel brein. Ik noem dit je GAS. Dit brein zorgt ervoor, dat je zin hebt in de wedstrijd en je een beetje opgewonden voelt. Voelen is als ruiter heel belangrijk, want dit zorgt dat je connectie maakt met je paard. Dat is nodig om goed te presteren.
Je hebt ook een rationeel brein, je REM. Dit stuk van je hersenen zorgt voor het onderdrukken van ongewenste gevoelens en gedragingen. Het helpt je met bewuste aandacht voor datgene wat je doet. Het zorgt voor logisch denken. Wanneer je bijvoorbeeld als dressuurruiter je hele proef stap voor stap in je hoofd doorneemt, gebruik je jouw rationele brein.
Wanneer je als ruiter ‘te gevoelig’ bent, verstoort dat de rust die je nodig hebt. Die overgevoeligheid ontstaat door ervaringen die je als ruiter eerder opgedaan hebt en die emoties oproepen. De geur in de stal, geluiden of het zien van een tegenstander kan al voor een bepaald gevoel zorgen. Wanneer je eerder een flinke misser maakte of je paard weigerde bij een balk, dan kan het zijn, dat bij een wachtmoment voor een wedstrijd je onbewuste angstsysteem in werking wordt gesteld. Dit geeft je een onprettig onderbuik gevoel, waarbij je je eigenlijk vooral zorgen maakt of het wel goed gaat komen met die wedstrijd.
Tijdens het wachten tot je aan de beurt bent heb je tijd om na te denken. Te veel nadenken is een interne afleider, waarbij je vooral jezelf steeds nerveuzer maakt. Er kan veel misgaan tijdens een wedstrijd. Zeker omdat je prestatieniveau niet alleen van jezelf afhangt, maar ook van je paard. Alleen het helpt je niet, om hier mee bezig te zijn. Hoe drukker jij je maakt, des te groter maak je juist de kans, dat datgene waar jij je zorgen over maakt ook gebeurt.
Je moet daarom weten hoe je ‘remt’ bij ‘te veel emotie’. Heel simpel doe je dit door het tellen van de vlechtjes van je paard. Ook de verzorging van je paard kan rustgevend werken. Je kunt ook mentale vaardigheden inzetten, zoals een ademhalingsoefening, waarbij je door je neus inademt en rustig door je neus of mond uitademt. Daarbij doorloop je in gedachten je strategische plan, waarbij je er één aandachtspunt uitlicht, zoals: “Ik let op mijn timing.”
Je moet ‘gas geven’, wanneer je te veel nadenkt. Zoek collega’s op waar je energie van krijgt, die je aan het lachen maken en die je met hun praatjes wat losser maken. Powervolle zelfspraak helpt, zoals: “Het is onze dag. Mijn paard en ik gaan wat moois laten zien.” Bewegen, even jezelf in het gezicht slaan, zorgt dat je gretig wordt om te presteren. Bekijk tijdens het wachten de situatie ‘oordeelvrij’. Dat wil zeggen dat je neutraal naar de tegenstanders en jezelf kijkt, waarbij je resultaat en ranking loslaat. Zorg dat jij en je paard klaar zijn om te presteren.
Wanneer je ‘de kunst van het wachten’ beheerst, heb je al een voorsprong voordat de wedstrijd begonnen is.

Column Horses Magazine Paardenkrant.nl

 

Stop met piekeren, begin met lekker lopen

Voor Sportrusten schreef ik een blog:

https://www.sportrusten.nl/gedachten-in-de-sport/

Emoties en gedachten in de sport: ben jij een gasser of een remmer?

Emoties en gedachten in de sport: ben jij een gasser of een remmer?

Hoe je een marathon aanpakt zegt veel over hoe je zelf in elkaar steekt. Aangeboren en aangeleerde eigenschappen in het dagelijks leven zie je terug in je handelen op de dag van de marathon, maar ook in je voorbereiding. Met behulp van de GAS en REM-methode wil ik je laten zien hoe je persoonlijkheid van invloed is op je prestatiegedrag tijdens de marathon.

Gassers:

Gassers reageren op emotie, zijn impulsief en sociaal gevoelig. Ik ben zelf ‘een Gas-gever’.

De voordelen en de gevaren van een gas-gever leg ik uit aan de hand van wat voorbeelden van mezelf. Vermoedelijk herkenbaar als je zelf een gas-gever bent.

Zo presteer ik, wanneer ik in prettig gezelschap ben beter. Het helpt mij als er gelachen wordt. Tijdens Roparuns en estafettes in het buitenland liep ik met heel weinig slaap juist op mijn hardst. Ik heb één keer in mijn leven de tien kilometer binnen de veertig minuten gelopen en dat was doordat Michel (nu mijn man) met mij meefietste en ik door verliefdheid vloog.

Tussen 1999 en 2004 heb ik tien marathons gelopen. De meeste marathons liep ik zonder plan (Rotterdam (3x), Leidsche Rijn, New York, Parijs, Auckland, Helsinki)

Mijn snelste was de marathon in Parijs in 3u42′.

Lekker gelopen, voor mijn doen geen goede tijd

De marathon van Berlijn is de enige marathon die ik liep op hartslag. Ik lette niet op mijn snelheid, mijn hartslag was leidend. Na dertig kilometer was ik echter nieuwsgierig en keek toch op mijn klok. Ik zag dat het voor mijn doen langzaam ging, maar kon dit niet meer versnellen naar een echt goede tijd. Mijn eindtijd: 3:45, niet zo snel voor mij, maar wel mijn lekkerste marathon ooit. Ik heb genoten van een prachtige stad en het enthousiaste publiek.*

Ik loop het liefst op gevoel. Zonder hartslagmeter, zonder uitgestippeld plan. Tien, twintig, dertig kilometer, de mooiste stukken heb ik met de EUR Roadrunners gelopen. In Kenia rende ik bijvoorbeeld een wedstrijd in de bloedhitte met veel snelle Kenianen. Ik werd allerlaatste, maar heb genoten van de sfeer en de tientallen kinderen met me meerenden.

Daniëlle Driessen (midden) met toplopers Luc Krotwaar en Vivian Ruijters in Kenia.

Als emoties het overnemen en het mis gaat

In Amsterdam liep ik voor het eerst met een schema. In de voorbereiding had ik geen training gemist en mijn doel was onder de 3u30 te lopen. Ik startte echter te snel (‘te veel GAS’) omdat ik me heel goed voelde en kwam daardoor aan het eind te kort. Ik liep 3.31.

Ook bij mijn elfde marathon in Rotterdam ging het mis.

Mijn tijden waren langzamer dan een paar jaar geleden. Ik heb een drukke praktijk en inmiddels kinderen gekregen, dus mijn opgegeven tijd van 4:00 uur leek realistisch. Maar ik stond vooraan in de tweede startgolf  en een bekende van me stond achteraan de eerste startgolf. Hij zwaaide en ik liep zo door de security naar zijn vak. Nu stond ik tussen lopers die 3u30 als doel hadden – een tijd die ik ooit ook gelopen had – en als vanzelf ging ik met hun tempo mee. Het voelde heerlijk, alsof ik weer student was….

Tot bij zevenentwintig kilometer de klap kwam, veroorzaakt door kramp omdat ik te snel was gestart. Het kostte mij zeker twintig minuten op mijn eindtijd. ‘Kip zonder kop lopen’ wordt afgestraft bij de marathon.

Remmers:

Hardlopers die sneller op de REM staan, reageren op ratio en controle; ze zijn resultaatgevoelig. Hun rationele brein heeft de overhand en ze volgen een strak schema voor een duidelijk doel. Zo werk je stap voor stap op een duidelijke manier naar je doel toe.

Het horloge – met hartslag of tijd – is voor de gasser heilig, want hiermee kun je precies zien of je op schema zit en het juiste tempo loopt.

Als een ‘remmer’ volgens zijn schema dertig kilometer moet trainen en hij is na 29,2 kilometer terug, dan gaat hij 800 meter rondjes lopen rond zijn huis.

Gedachten in de sport

Slecht nieuws voor remmers: je hebt niet alles onder controle

Te veel ‘REM’ zit dwars. Als loper heb je immers niet over alles controle. Zo kan paniek toeslaan, als je bijvoorbeeld wat trainingen mist door een griepje. Nadenken is een belangrijke eigenschap van de remmer, alleen ‘te veel denken’ werkt nadelig.

Het weer, kleding, het aantal gelopen kilometers, de tijd om naar de start gaan, het wachten, de toiletten, het drinken onderweg. Teveel denken slaat om in piekeren en je kunt je nog zo goed voorbereiden, er blijft een aantal onvoorspelbare factoren waar jezelf geen invloed op hebt.

Het lange nadenken werkt energieverspillend en zorgt dat je juist in je acties vertraagd.

Koester jouw eigenaardigheden, maar weet wel hoe je ze positief richting geeft

Ga na of je eerder in ‘te veel GAS’ of ‘te veel REM’ schiet en pas onderstaande adviezen toe, speciaal voor als je met een schema voor een halve of hele marathon traint.

De Gassers:

  • Ga eerst eens rustig zitten. 100 dagen is te overzien, maar kijk inhoudelijk of jij je aan dit schema kunt houden.
  • Schaf niet alleen die hartslagmeter aan, maar gebruik ‘m ook.
  • Een 14 km schema is gebaseerd op max 14 km. Dus als je allerlei gekkigheid tussendoor wilt doen, besef dat je lijf dan meer tijd nodig heeft om te herstellen.
  • Maak een plan voor de marathondag en houd je eraan.
  • Leer ademhalen voor rust. Door te tellen zet je jouw rationele brein aan.

De Remmers:

  • Profiteer van het duidelijke schema, maar accepteer als het soms anders gaat;
  • Train af en toe zonder horloge of hartslagmeter. Ga met je gevoel na wat jouw marathontempo is;
  • Laat je niet gek maken, wanneer je hardloopcollega’s wel al die lange stukken lopen. Zij volgen hun plan, jij volgt jouw eigen plan;
  • Maak een paar sprongetjes in het startvak en sla jezelf in je gezicht voor energie;
  • Pak maximaal drie punten waar jij je aan gaat houden met de marathon;
  • Pas je mogelijkheden aan de omstandigheden aan.

Meer weten of mentale training? Kijk ook op de website Flow Mentale Training.

* Noot van Sportrusten: als je écht op marathonhartslag loopt – dus met een goede test voor je omslagpunt en VO2max/kg – dan loop je op de hartslag die je (dicht)bij je PR brengt.

Mentale training voor sportmasseurs

In 2004 haalde ik mijn bevoegdheid als klassiek- en sportmasseur. Ik heb deze opleiding gedaan, voor de koppeling tussen fysiek en mentaal. Ik wilde weten hoe het lichaam in elkaar steekt, zodat ik bijvoorbeeld het effect van spanning kan verklaren. Als sportpsycholoog heb ik daar profijt van, wanneer ik bijvoorbeeld ademhalings- of spierontspanning-oefeningen met de sporter doe. Daarom vind ik het ook mooi dat ik nu via Sportmasseursnetwerk Nederland en MSP-opleidingen mentale training ga geven aan sportmasseurs.  Juist op zo’n massagetafel gaan sporters praten weet ik uit ervaring. Als sportmasseur lever je dan ook een belangrijke rol in de mentale begeleiding. Je moet daarbij goed je grenzen weten, maar ook hoe je iemand stimuleert tot een zo’n goed mogelijke prestatie.

Wil je aanmelden doe dit dan via onderstaande link.

GAS en REM in de sportmassage: Mentaal sterk masseren

17 januari 2018 19:30 – 21:30 uur
MSP Opleidingen, Rooseveltstraat 12, Leiden € 12,40 excl. btw

Sportmasseurs (en sportzorgmasseurs) bieden fysieke ondersteuning, maar kunnen ook mentaal een belangrijke rol spelen. De vertrouwdheid met de sportmasseur en de massagetafel lokken uit tot praten. De sportmasseur weet daardoor vaak veel van de sporter. ‘GAS en REM in de sportmassage’ maakt je bewust van het effect van je gedrag als sportmasseur op de prestaties en welbevinden van je sporters. Hoe creëer je een veilige en vertrouwde omgeving als sportmasseur, maar geef je ook jouw grenzen aan? Hoe ziet jouw rol als sportmasseur eruit in de mentale begeleiding?

Inhoud

In deze workshop wordt sportpsychologische theorie gekoppeld aan de praktijk. Als eerste wordt nagegaan welke betekenis ‘mentaal’ voor jou heeft als sportmasseur. Wat beheers je al en waar loop je tegenaan? Met je collega’s kun je informatie en kennis delen. Theoretisch wordt verduidelijkt hoe de koppeling tussen fysiek en mentaal werkt. Dus welke invloed hebben emoties (GAS) en gedachten (REM) op prestatiegedrag? Welke bijdrage kun je als sportmasseur leveren, voor een evenwicht tussen het GAS en REM (de optimale spanning). Wanneer je weet hoe dit werkt, kun je de sporter helpen scherp te zijn op het juiste moment.

Piekeren of over-analyseren (te veel REM) en te veel emotie (te veel GAS) kan zorgen dat een sporter stress ervaart.

Te veel spanning kun je voelen in de spieren en is zichtbaar in het gedrag van de sporter. Als sportmasseur kun je ‘te veel spanning’ signaleren en de sporter helpen om ‘te dimmen’ of juist ‘gas te geven’. Dit doe je door passende massagetechnieken (sederend of activerend) toe te passen. Daarnaast kan een motiverend gesprek helpen of juist oefeningen gericht op ontspanning, zoals: ademhaling-, ontspanning-, aandacht- en concentratieoefeningen.

Tijdens deze workshop ga je zelf aan de slag met deze mentale vaardigheden, zodat je ervaart hoe het werkt. Er wordt besproken wanneer en hoe je deze technieken als sportmasseur kunt inzetten rondom wedstrijden.

Doel

Wanneer je mentaal sterk masseert, zorg je voor een positief sportklimaat en vergroot je de kans op succes!

Bewustwording van effect van je eigen gedrag als sportmasseur op het prestatiegedrag en welbevinden van de sporter;
Je leert aansluiten op de mentale behoeftes van de verschillende sporters;
Je oefent met de toepassing van mentale vaardigheden voor presteren onder druk.

 

The Hague Grand Prix Judo

Zondag gaf ik een presentatie over toepasbare sportpsychologie voor Coachplatvorm van Topsport Den Haag. Een mooie plek, want na afloop konden we de theorie terugzien in de finale van The Hague Grand Prix Judo. In mijn praatje voor de coaches ging het o.a. wachten vlak voor aanvang. Wat zeg je als coach tegen je sporter(s) en hoe doe je als coach?
Bij judo geven de trainers de judoka’s flinke klappen op de schouders en gezicht. Dit doen ze om power op te wekken. Als het goed is, hebben zij met hun judoka’s afgesproken wanneer en hoeveel informatie ze nog willen zo vlak voor wedstrijd. Mijn advies is: stuur ze met één duidelijke opdracht de mat op. Bijv ‘hoog tempo’ is een instructie die je mee kan geven. Dat klinkt logisch, maar juist bij twijfel zie je dat bewegingen en voetenwerk vertraagd, wat averechts werkt
Bij judo wil je de tegenstander op zijn rug krijgen. Dat start met een goede pakking, zorgen dat jij de controle hebt. Mentale factoren die hierbij een rol spelen zijn bijv: zelfvertrouwen (weten dat jij de sterkste bent), concentratie (taakgericht handelen) en aandacht (ruimte om te scoren zien). Dit zijn vaardigheden die je richting een toernooi kunt trainen, zodat ze bij de wedstrijd ingezet kunnen worden.

Pedagogisch sterk coachen

Zelfs al zeg je helemaal niets als ouders wanneer je aan de kant zit, toch weet je kind of je tevreden bent of niet. “Dan trekt mijn vader zijn wenkbrauwen omhoog”, vertelde een tennisser mij eens. Als mijn moeder zegt “Doe je best, dan weet ik dan MOET ik het goed doen,” zei een ander. Talentvolle sporters zijn vaak al behoorlijk kritisch op zichzelf. Zij irriteren zich aan fouten. Dit zorgt ervoor, dat ze precies weten wat er misging. Alle informatie die je als ouders nog achteraf geeft over de wedstrijd (bijvoorbeeld “Je had nog best kunnen winnen” of “Als je rustig was gebleven.”: ZE WETEN HET ALLANG…

Wat doet je dan wel? Daar ging het vrijdagavond over bij de tennisouders van de Intime Tennis Academy. Hier wat tips:

Remmen bij te veel emotie:

  • What if. Zoek vooraf oplossingen voor problemen;
  • Accepteer zelf snel dat je kind een belangrijk punt verliest;
  • Wees terughoudend met juichen bij winst en verlies;
  • Stel neutrale en oordeelvrije vragen (stap voor stap);
  • Wacht met vragen tot een kwartiertje na de wedstrijd.

Gassen bij te veel nadenken/twijfelen

  • Muziek/kletsen in de auto;
  • Iets doen tijdens ’wachten’;
  • Zeg iets positiefs/wat power geeft;
  • Maak van spanning iets logisch als je gaat presteren.

Vraag op een rustig moment na wat je kind helpt bij presteren, maar benoem ook wat je zelf verwacht in gedrag. Zo worden jullie een sterk team.

tennisouders Intime Tennis Academy

Mijn dag, ik bepaal wat er gebeurt!

Mijn dag, ik bepaal wat er gebeurt!             

Sport is veel meer dan alleen je actie goed uitvoeren. Voor aanvang bij het binnen lopen van de zaal of het veld worden de eerste punten gescoord. Zo ging ik een paar jaar terug, kijken naar verspringen bij het WK Atletiek. De atleten liepen keurig achter elkaar in een rijtje naar binnen. Op één atleet na. De latere wereldkampioen liep ongeveer tien meter achter de rest en gebaarde het publiek voor hem te applaudisseren. Nog voor de wedstrijd liet hij zien ‘Hier ben ik’.

Bij jonge sporters geldt eveneens ‘de wet van de sterkste’. Wie laat er zien dat hij of zij beter is, dan de ander. Wie houdt zijn hoofd recht bij fouten en toont power in zijn uitstraling. Bij voetbal train ik soms jongens die haast ‘sorry’ zeggen, wanneer ze de bal opeisen. Terwijl het toch echt helpt, wanneer je in je houding en acties laat zien, dat het vanzelfsprekend is, dat jij er met die bal vandoor gaat.

Bij tennis vind ik dat spel helemaal mooi. Wie bepaalt, gaat wat geniepiger. Spelers die heel langzaam hun tas uitpakken, terwijl de ander al klaar staat. Hard ‘uit’ roepen, terwijl de bal toch echt ‘in’ was. De bal heel hard naar de tegenstander rammen, wanneer deze ballen nodig heeft om te serveren.

Afgelopen vrijdag heb ik tennissers getraind op ‘onverstoorbaarheid en power’.  Wat laat je zien wanneer je zelf de controle hebt? Je kunt jezelf sterk tonen, zelfs al voel je dat misschien niet altijd. Jouw dag, jouw partij, jij bepaalt wat er gebeurt.

www.flowmentaletraining.nl bij Intime Tennis Academy

Looptrainersdag KNAU Papendal

GAS en REM in de atletiek. Mentaal sterk coachen.                            

Meer dan duizend atletiektrainers verzamelden zich in Papendal voor de looptrainersdag van de KNAU. Zij kregen een afwisselend ‘doen en denken’ programma aangeboden. Ik gaf de keuzecross ‘GAS en REM in de atletiek.’ Daar kwam een grote groep fijne trainers op af, die wilden weten hoe zij het mentale aspect onderdeel kunnen maken van hun fysieke training. Ik neem je kort mee in de presentatie.

Halve marathon Rotterdam

Wie bereidt zich mentaal het beste voor? De trainers antwoordden:

  • 112, hij is lekker ontspannen;
  • F2, zij bereidt zich serieus voor;
  • 3 en 24, zij richten hun aandacht op de starter, waardoor ze snel weg zijn;
  • 23, zorgt dat hij er fysiek (springen) en mentaal (ademhaling) klaar voor is.

Op de foto zie je hoe iedere atleet zijn eigen ‘persoonlijkheid, vaardigheden en geschiedenis’ meebrengt. ‘Spanning’ voor de wedstrijd, zie je terug in het gedrag van de atleten. Qua persoonlijkheid heb ik ze in twee groepen verdeeld:

  • ‘Gas gevers’ (actie): Onder spanning worden ze drukker en luidruchtiger. Doordat ze op hun omgeving gericht zijn, kunnen de zenuwen bij hen toenemen door wat anderen zeggen of doen.
  • ‘De remmers’ (denken): Deze atleten worden juist stiller bij spannende momenten en keren zich meer in zichzelf. Ze belemmeren zichzelf soms door te veel denken.

Bij een groep recreanten heb je te maken met verschillende persoonlijkheden, maar ook leeftijd, opleidingsniveau en ervaring van de lopers kunnen behoorlijk uiteenlopen. Zo kan de ene loper als doel hebben: ‘de wedstrijd uitlopen’ en gaat de ander voor: ‘een persoonlijk record’. Er zijn lopers die alleen willen bijkletsen, terwijl anderen strak hun tijden klokken. Bij wedstrijden kunnen de lopers elkaar versterken, maar ook onzeker maken. Door opmerkingen over snelheid, voeding, kleding, het weer en de starttijd maken ze elkaar soms gek. De onervarenheid en onvoorspelbaarheid zorgt voor stress. In gedrag zie je dit terug bij de lange rijen voor de dixie-toiletten. Wanneer je recreanten traint is het daarom zinvol en leuk om ‘mentale vaardigheden’ aan te bieden in je training. Je leert ze hoe hun eigen GAS (voelen) en REM (denken) van invloed is op hun prestaties. Zo kunnen ze beiden herkennen en inzetten. Ik geef je wat voorbeelden:

Gassen: emotie, actie, scherpte, kijken:

  • Estafette (resultaatdoel is winst) en moedig elkaar aan;
  • Kijk naar een punt en ren daar naartoe;
  • Verzin een powerwoord/zin (bijvoorbeeld “knallen, mijn dag, ik ga het doen”);
  • Maak wat sprongetjes en sla jezelf in je gezicht voor de start;
  • Gebruik gezond verstand bij zorg over voeding, kleding etc. Geef ze ruimte om hierover vragen te stellen;
  • Laat ze zonder horloge een afstand lopen.

Remmen: ratio, plan, denken, rust

  • Rennen terwijl je in je hoofd een liedje zingt of de tafel van twaalf opzegt;
  • Loop vijf minuten in stilte;
  • Doe een ademhalingsoefening;
  • Pak één aandachtspunt waar jij op gaat letten (ik ga…….);
  • Let op de uitvoering: knie-inzet, voorvoetlanding, arminzet, schouders laag;
  • Laat ze een kort ‘veilig’ stukje met hun ogen dicht rennen, waarbij ze letten op het gevoel van de beweging;
  • Geef ze een tijdsindicatie.

Gebruik jouw creativiteit om de oefeningen aantrekkelijk te maken. Na afloop spreek je hun ervaringen kort door. Wanneer je lopers gewend zijn dit soort oefeningen te doen, hebben ze bij wedstrijden meer balans tussen GAS en REM.

Pret verzekerd en prestatie bevorderend!

Rotterdams Sportfestival Tiffany’s dream

TTC mentale training voor springruiters. Optimale spanning voor ruiter en paard. Met opnames voor het Rotterdams Sportfilmfestival.

Tiffany’s dream geeft een gratis boek weg:

We geven het boek GAS EN REM IN DE SPORT van Daniëlle van der Klein-Driesen GRATIS weg voor de 10e crowdfunder vanaf nu. Ga naar https://cinecrowd.com/tiffanysdroom en laat een reactie achter met je naam en ‘facebookactie Gas en Rem’ en maak kans op dit mooie boek!