“Ik ga weg op 3:17- Wat op de kilometer? – Nee als eindtijd” Of je ‘m nu wel of niet loopt, je voelt de spanning toenemen. Hekken worden klaargezet, vlaggen wapperen, startnummers worden opgehaald. In What’s App neemt het aantal stressvolle berichten toe. “Het wordt warm, wat trek jij aan?” “Zal ik toch extra drinkflesjes zelf meenemen?” “Waar kan ik mijn voeten het best mee insmeren?” “Ik voel een pijntje in mijn kuit.” “Nog even gelletjes halen.” “Je kunt met pijn in je bovenbenen in gelijk tempo doorlopen.”
Dit is wat de marathon zo’n mooi evenement maakt. De beleving met z’n allen. Ik ben bij de technical meeting in het Hilton bij de toplopers. Ook daar voel je dat er iets staat te gebeuren. Racemanager Eric Brommert voorspelt: “Geen wind.” Daar worden marathonlopers blij van. De kopgroeptijden worden vastgelegd. De hazen weten welke taak zij hebben. De atleten hebben morgen anderhalf uur de tijd om zich fysiek en mentaal op de race voor te bereiden. Mentaal is voor toppers: Weten hoe ze de race aanpakken. Rust nemen en scherpte oproepen. Hoe dit gaat, is voor iedere atleet anders. Sommige atleten gaan liggen op de stretchers, ander lopen rond en praten nog met hun coach of manager. In het inloopvak lopen ze nog wat heen en weer. Dit is de laatste warming up, maar ook de perfecte plek voor een ademhalingsoefening en krachtige zelfspraak (“Ik laat wat moois zien.”)
Dit jaar is er een andere startplek, namelijk op de Erasmusbrug. “Als Lee Towers er maar is,” is mijn gedachte. Duizenden lopers wachten daar op het startsignaal. Ook zij kunnen zich mentaal voorbereiden:
– Neem je voor: rustig in je eigen tempo te starten;
– Je kent jezelf het beste. Laat je niet gek maken door anderen;
– Accepteer de temperatuur, pas wel je kleding aan en drink voldoende;
– ‘Een fijn pleuris end’ zeggen we niet voor niets in Rotterdam. Dat het zwaar wordt is een zekerheid. Je kunt daar wel wat mee doen, zoals bijvoorbeeld: Let op je lichaamshouding en techniek, zodat je zo makkelijk mogelijk blijft lopen / Pak bij de laatste kilometers steeds een punt voor je en loop daar naar toe / Als je het heel zwaar hebt, kun jij jezelf afleiden door: te kijken wat er allemaal gebeurt, liedjes mee te zingen of hardop de tafel van 6 te zeggen. Uiteraard wel doorlopen.
– Geniet van je omgeving. In Rotterdam staat iedereen er voor jou. Wanneer je er helemaal klaar mee bent bij zo’n 37 kilometer loop je het feestje van Crooswijk in, waar alle bewoners je toejuichen. Je bent een held. Of je nu in twee uur en paar minuten loopt of in vijf uur. De finish wacht op je op de Coolsingel.